Het favoriete plekje van onze gastvrouw Karin Boerman is de Folkloristische Dag te Ijzendijke.
In 1971 werd Streekmuseum West Zeeuws Vlaanderen Presenteert gevestigd in het voormalig gemeentehuis van IJzendijke. Pol van de Vijver (1938 – 2020) werd hiervan de voorzitter. Vanuit die hoedanigheid heeft hij in 1972 de eerste Folkloristische Dag IJzendijke georganiseerd.
De drie pilaren voor deze dag waren en zijn nog steeds ringrijden, oude ambachten en muziek.
Het is ieder jaar weer genieten van het geluid van de paardenhoeven van de ringrijders op de kasseien van de Markt, de spanning van de kamp met de ring die steeds kleiner wordt.
Het geluid van hamer van de hoefsmid op het roodgloeiende hoefijzer en op het aambeeld. De geur van het warme ijzer op de hoef. De ambachtslui die hun stiel demonstreren.
Muziek bij de optocht en tijdens het middagconcert. We gaan minstens 100 jaar terug in de tijd. Zo moet de boerenmarkt in IJzendijke ongeveer zijn geweest.
Oude Ambachten
Hier moet men denken aan schapen scheren, hoefijzer slaan, vlas slaan, kaas maken, mosterd maken, klompen maken, manden vlechten etc.
Ringrijden
Een ringrijder zit op een ongezadeld paard, dat hij in galop door de ringbaan stuurt. In de hand heeft hij een lans, waarmee hij probeert de ring te steken die halverwege de baan in een ijzeren bus hangt.
Sjezen ringrijden
Een sjees is een tweewielige (antieke) wagen, achter een paard gespannen. In de sjees zitten een man en vrouw, beide in Zeeuwse klederdracht.
Het is natuurlijk helemaal leuk als er ook nog kinderen in klederdracht in de sjees meerijden.
De man ment het paard, de vrouw probeert de ring te steken met de lans. De man stuurt het paard in draf over het parcours waarbij onderweg drie tot vier ringen boven de weg in een ijzeren bus hangen.
Het gaat erom zoveel mogelijk ringen te steken, het gaat niet om de snelheid waarmee dat gebeurt, al moet het paard wel draven onder de te steken ring.
Boerenronde
Tijdens demonstraties wordt er vaak een boerenronde gereden. Dit betekent dat de rollen worden gewisseld: de vrouw gaat mennen en de man moet proberen onderweg de ringen mee te nemen op de lans. Zo’n boerenronde laat soms hele verrassende resultaten zien.
De Pollepel
Een niet weg te denken prijs bij het ringrijden is de pollepel. Tegenwoordig is de pollepel een felbegeerde ereprijs, maar vroeger was het juist een schandeprijs. Hij was toen bestemd voor de ringrijder die de hele dag geen ring had gestoken. Dit schandeteken kwam af van de gewoonte op de meeste boerderijen om in de zomer ’s avonds karnemelksepap te eten. De jongste knecht of koewachter moest deze pap roeren met een grote houten pollepel. Dat paproeren was geen populair baantje en de ‘papkoker’, zoals hij spottend werd genoemd, werd nog niet voor vol aangezien. Zodoende stond de pollepel symbool voor onhandigheid of onbekwaamheid, ook bij het ringrijden.
In 1971 werd Streekmuseum West Zeeuws Vlaanderen Presenteert gevestigd in het voormalig gemeentehuis van IJzendijke. Pol van de Vijver (1938 – 2020) werd hiervan de voorzitter. Vanuit die hoedanigheid heeft hij in 1972 de eerste Folkloristische Dag IJzendijke georganiseerd.
De drie pilaren voor deze dag waren en zijn nog steeds ringrijden, oude ambachten en muziek.
Het is ieder jaar weer genieten van het geluid van de paardenhoeven van de ringrijders op de kasseien van de Markt, de spanning van de kamp met de ring die steeds kleiner wordt.
Het geluid van hamer van de hoefsmid op het roodgloeiende hoefijzer en op het aambeeld. De geur van het warme ijzer op de hoef. De ambachtslui die hun stiel demonstreren.
Muziek bij de optocht en tijdens het middagconcert. We gaan minstens 100 jaar terug in de tijd. Zo moet de boerenmarkt in IJzendijke ongeveer zijn geweest.
Oude Ambachten
Hier moet men denken aan schapen scheren, hoefijzer slaan, vlas slaan, kaas maken, mosterd maken, klompen maken, manden vlechten etc.
Ringrijden
Een ringrijder zit op een ongezadeld paard, dat hij in galop door de ringbaan stuurt. In de hand heeft hij een lans, waarmee hij probeert de ring te steken die halverwege de baan in een ijzeren bus hangt.
Sjezen ringrijden
Een sjees is een tweewielige (antieke) wagen, achter een paard gespannen. In de sjees zitten een man en vrouw, beide in Zeeuwse klederdracht.
Het is natuurlijk helemaal leuk als er ook nog kinderen in klederdracht in de sjees meerijden.
De man ment het paard, de vrouw probeert de ring te steken met de lans. De man stuurt het paard in draf over het parcours waarbij onderweg drie tot vier ringen boven de weg in een ijzeren bus hangen.
Het gaat erom zoveel mogelijk ringen te steken, het gaat niet om de snelheid waarmee dat gebeurt, al moet het paard wel draven onder de te steken ring.
Boerenronde
Tijdens demonstraties wordt er vaak een boerenronde gereden. Dit betekent dat de rollen worden gewisseld: de vrouw gaat mennen en de man moet proberen onderweg de ringen mee te nemen op de lans. Zo’n boerenronde laat soms hele verrassende resultaten zien.
De Pollepel
Een niet weg te denken prijs bij het ringrijden is de pollepel. Tegenwoordig is de pollepel een felbegeerde ereprijs, maar vroeger was het juist een schandeprijs. Hij was toen bestemd voor de ringrijder die de hele dag geen ring had gestoken. Dit schandeteken kwam af van de gewoonte op de meeste boerderijen om in de zomer ’s avonds karnemelksepap te eten. De jongste knecht of koewachter moest deze pap roeren met een grote houten pollepel. Dat paproeren was geen populair baantje en de ‘papkoker’, zoals hij spottend werd genoemd, werd nog niet voor vol aangezien. Zodoende stond de pollepel symbool voor onhandigheid of onbekwaamheid, ook bij het ringrijden.